Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is de Nederlandse economie in het eerste kwartaal van dit jaar met 0,7 procent gekrompen ten opzichte van eind vorig jaar. CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen beschouwt dit als een aanzienlijke krimp. Volgens hem zijn de voornaamste oorzaken van de krimp een daling in de import en export.
Hoewel consumenten eind vorig jaar nog aanzienlijke uitgaven deden, is de fase van buitensporig consumeren na het einde van de coronacrisis nu voorbij. Van Mulligen kan niet voorspellen of dit een trend is, aangezien de economische tijden onzeker blijven.
Vergeleken met andere Europese landen valt de krimp van de Nederlandse economie op. In Belgiƫ en Frankrijk groeide de economie respectievelijk met 0,4 en 0,2 procent in de eerste drie maanden van het jaar. De Duitse economie bleef opnieuw stagneren met een groei van 0 procent.
Desondanks blijft Van Mulligen voorzichtig optimistisch en benadrukt hij dat dit slechts een kwartaalcijfer is. Aangezien lonen inmiddels harder stijgen dan de inflatie zou het zomaar kunnen dat de consumptie weer toe zal nemen. Verder is in het eerste kwartaal de werkloosheid in Nederland licht gedaald, met 2000 minder werklozen ten opzichte van het vorige kwartaal. Daarbij nam het aantal banen toe met 63.000.