Met koude temperaturen buiten werken, brengt nieuwe risico’s mee.

Als het niet mogelijk is om een lage temperatuur op de werkplek te vermijden, moet de werkgever:

– Persoonlijke beschermingsmiddelen beschikbaar stellen;
– De duur van de werkzaamheden verkorten;
– Werken in de kou laten afwisselen met werken op een warme plek;
– De specifieke risico’s van werken in de kou opnemen in zijn risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E).

In de Arbeidsomstandighedenwet staat niet precies bij welke temperatuur het te koud is om te werken. De FNV hanteert de volgende normen:
Temperatuur onder 15 °C: werkgevers moeten (gratis) extra beschermingsmiddelen bieden: warme kleding en (hand)schoenen.
Gevoelstemperatuur onder -6 °C: werkgevers moeten het werk stilleggen. Is de gevoelstemperatuur lager dan -6 °C, dan mogen medewerkers in de bouw werkzaamheden buiten (of blootgesteld aan de buitenlucht) neerleggen. Er is dan sprake van vorstverlet.
Bron: Arbo-Online

Scroll naar boven