Uit een onderzoek van een NGO coalitie, die onder meer bestaat uit Milieudefensie, Health Funds for a Smokefree Netherlands en onderzoeksbureau Profundo, blijkt dat ongeveer 40 procent van het desinvesteringsbeleid van financiële instellingen gebaseerd is op zorgen over klimaatverandering. De coalitie vroeg meer dan 80 financiële instellingen, banken, pensioenfondsen, verzekeraars en investeringsclubs, in 16 verschillende landen om lijsten te delen met bedrijven waarin zij niet meer investeren (= desinvesteren) en de bijbehorende motivaties.
De resultaten zijn te vinden in de ‘Financial Exclusions Tracker’, een database van bijna 35.000 uitsluitingen van ruim 4.500 bedrijven. De bedrijven die vanwege klimaatverandering worden uitgesloten zijn meestal werkzaam in de fossiele sector. Met de winning van aardolie en aardgas zijn zij grote veroorzaker van de opwarming van de aarde dankzij de hoge CO2-uitstoot die hun product met zich mee brengt. Echter, de fossiele sector wordt niet alleen vanuit klimaatoogpunt uitgesloten, ook de schending van mensenrechten wordt als reden opgegeven, een combinatie die vaak voorkomt, ook bij niet-fossiele bedrijven.
Uiteindelijk is het doel van de NGO’s om aan twee kanten een beweging op gang te brengen. Vanuit de bedrijven, die desinvestering als signaal kunnen zien om op een verantwoordere manier hun bedrijfsvoering in te richten. En vanuit de financiële instellingen, die elkaars gedrag kunnen gaan kopiëren. Zo kan een benchmark ontstaan binnen de sectoren die leidt tot echte verduurzaming.